PCG wil Referendum over windmolens

WijksNieuws, 8 dec 2020, Kuun Jenniskens

PCG denkt dat het zinvol is om een referendum te houden over windmolens, gelijktijdig met de Tweede Kamerverkiezingen van maart volgend jaar. Het is de beste manier om draagvlak te meten, meent fractievoorzitter Jan-Dirk de Bruijn (PCG): ,,Draagvlak is voor de PCG essentieel.”

Windmolens blijven de Wijkse gemoederen bezig houden. PCG vraagt zich af of de enquête en de gesprekken met de samenleving over de Wijkse ambities – die het college organiseert – wel voldoende representatief zijn. Zegt dat voldoende over het draagvlak? Een referendum lijkt een beter instrument. PCG stelt hierover een schriftelijke vraag aan het college en vraagt of het initiatief vanuit het college, de gemeenteraad, of de samenleving moet komen?

Op zich zijn windmolens niet aan de orde binnen deze coalitie met de VVD. Daar zijn afspraken over gemaakt. Daarom spreekt men in de politieke wandelgangen ook wel van het ‘w-woord’. PCG hierover: ,,Het lijkt wel of ‘w-woord’ niet mag vallen terwijl we het er wel over moeten hebben met elkaar. Als gemeente hebben we duurzaamheidsambities, we zitten in een RES-regio, vanuit Den Haag worden zaken op ons bordje gelegd.”

De enquête die de drie Krommerijn gemeenten vorige week hebben uitgezet heeft ook weer de nodige roering gegeven. De Bruijn verzucht: ,,De PCG-fractie vraagt zich serieus af hoe het verder moet met dit onderwerp. Het lijkt wel of het college c.q. de verantwoordelijk wethouder het op dit onderwerp nooit goed kan doen.” Het gaat in dit geval om de eigen PCG wethouder Hans Marchal.

Lezers schrijven : Wethouder stelt windmolen-referendum voor

DitisWijk, 4 december 2020. 

De gemeente heeft verwarring gezaaid met een oproep om mee te denken over windmolens. Dat kwam omdat een verkeerde volgorde is gekozen voor de enquête daarover. Afgelopen week kregen inwoners van Wijk bij Duurstede die enquête over de criteria voor het plaatsen van windmolens. Later komt er een enquête over of de Wijkenaren die windmolens wel willen. In februari moet de gemeente al aangeven waar ze mogen komen. Precies verkeerd om dus. Vrijdagochtend spraken verontruste inwoners met wethouder Marchal over de werkwijze. Deze gaf toe dat het andersom had gemoeten.

lees het hele artikel

Zonnevelden en windmolens? Samen vinden we de beste plekken

Enquete RES Kromme Rijnstreek gemeenten

Vier gemeenten in de Kromme Rijnstreek, Bunnik, Houten, Utrechtse Heuvelrug en Wijk bij Duurstede, willen uiterlijk in 2050 energieneutraal zijn om bij te dragen aan een leefbare wereld voor volgende generaties. We zetten maximaal in op ‘zon op dak’ en energiebesparing. Ook hebben we extra zonnevelden en windmolens nodig. Daarvoor zoeken we voor de periode tot 2030 ruimte voor 5 tot 8 windmolens en 115 tot 180 ha zonnevelden extra. Hoe zorgen we ervoor dat we deze zo goed mogelijk inpassen in ons fraaie Kromme Rijnlandschap? Waaraan moet een locatie voldoen?

lees verder:

 

NB. Hieronder nog een commentaar op deze enquete van de Aktiegroep GeenWindparkGoyerbrug

De enquete zelf:

  • Iedereen kan de enquete invullen zonder adres dus er is geen inzicht hoe het buitengebied het heeft ingevuld t.o.v. de kernen van de gemeenten (bewoners van de kernen zullen waarschijnlijk minder last hebben van deze hoge windturbines en alleen de voordelen zien
  • Gevolg zal zijn dat er zeer ongenuanceerde conclusies aan worden verbonden, bv voor het draagvlak
  • Het zijn geen open vragen, er is geen mogelijkheid alternatieven aan te dragen of de plannen af te keuren, want er zijn geen vrije velden voor aan- of opmerkingen
  • De enquete is derhalve goedkoop, vooringenomen en ondoordacht

Inhoud van de enquete:

Deze enquete van de vier gemeentes laat ons wel meepraten maar niet nadenken over de fundamentele keuzes. De vragen sturen de bewoners al in een bepaalde richting. Met name over de locaties waar zonnevelden en windturbines moeten komen. De soort locaties staan min of meer al ingevuld.

Wat de windmolens betreft spreken ze wel over de capaciteit van 5,6 MW en hoeveel huishoudens van energie kunnen worden voorzien, maar niet dat deze windmolens minstens 241 meter hoog zijn en welke diameter de wieken hebben; dat ze hierdoor kunnen zorgen voor gezondheidsproblemen (laagfrequentiegeluid), en een aanslag zijn op natuur en milieu in de omgeving. Ook kunnen ze een gevaar voor de veiligheid zijn zo nabij het AR-kanaal. In de enquete wordt ook gevraagd of bewoners kunnen leven met een afstand tot de windturbines van minimaal 400 meter van hun woningen. Met 410m zouden ze al tevreden moeten zijn.

Lees over de keerzijden van windmolenparken ook de achtergrondinformatie op onze website, over de gevaren voor onze gezondheid, veiligheid en de gevolgen voor natuur en milieu. Toonaangevende instanties als de Wereld Gezondheids Organisatie, onze GGD, RIVM en Medisch Contact laten de keerzijde zien van deze windgiganten. De gemeentes vertellen niet het volledige verhaal

 

 

Gezocht: een minister van Ruimte (met macht en geld!)

Interview met landschapsarchitect Berno Strootman

Gezocht: een minister van Ruimte (met macht en geld!)

Als Den Haag niet snel de regie pakt bij de ruimtelijke ontwikkeling van het landschap, dan wordt Nederland ‘één grote hagelslag’. Daarvoor waarschuwt rijksadviseur Berno Strootman. ‘Ik houd mijn hart vast.’

Marc van Dinther, Volkskrant, 24 november 2020

Berno Strootman: ‘Wees voorzichtig met het volleggen van weides met zonnepanelen.’

Zonneparken: als Rijksadviseur voor het Landschap Berno Strootman (59) ergens een hekel aan heeft, dan is het daar wel aan. Daar zijn tal van argumenten voor, maar een van de belangrijkste is toch wel het esthetische: ze zijn zo lelijk, die zwarte vlekken in het landschap. ‘Het ziet er niet uit.’

Als Strootman het voor het zeggen had, kwam er een verbod op zonnepanelen op landbouwgrond. Dat gaat niet gebeuren, dat weet hij ook wel: er komen juist steeds meer nieuwe zonneparken bij. Maar achter Strootmans afkeer gaat een diepere zorg schuil.

Die is dat niemand in Nederland zich bekommert om de vraag hoe we Nederland niet alleen duurzaam maken, maar ook mooi en leefbaar houden. ‘Je zou denken: we hebben een regering die daarvoor zorgt. Maar daar is niemand verantwoordelijk voor.’

Strootman is lid van het College van Rijksadviseurs, een driemanschap van een bouwmeester, een landschapsarchitect en een stedenbouwkundige dat eens in de vier jaar wordt benoemd en de regering gevraagd en ongevraagd van advies kan dienen. De termijn van het huidige college loopt eind dit jaar af.

Als afscheid hebben ze een duidelijke boodschap: er is een gebrek aan ruimtelijk beleid in Nederland. Van alle kanten wordt de aanval geopend op de toch al schaarse grond: de energietransitie, de verduurzaming van de landbouw, natuur, huizenbouw en bedrijventerreinen eisen allemaal hun plek op. ‘Dat is een enorme botsing van belangen. Het vraagt om een rijksoverheid die daar een overtuigende visie op heeft. Maar die is er niet.’

Terugkomend op zonneparken: tegen windmolens is veel verzet, tegen zonneparken minder.

‘Ik snap dat wel. Het is kiezen tussen twee kwaden. Zonneparken hebben vooral nadelen: ze zijn slecht voor de bodem en de biodiversiteit, drijven de grondprijzen op en staan verduurzaming van de landbouw in de weg. Maar veel mensen hebben een hekel aan windmolens omdat je die al van kilometers afstand ziet. Als je zonnepanelen in een wei legt en je zet er een haag omheen, dan zie je er bijna niets van. Dus als mensen moeten kiezen gaan ze meestal voor zonneparken.’

Dat heeft alles te maken met hoe de energietransitie in Nederland is georganiseerd. De invulling daarvan is overgelaten aan dertig regio’s die ieder een eigen Regionale Energie Strategie (RES) moeten opstellen. Wat je dan krijgt, zegt Strootman, is dat iedere regio in zijn eigen vakje zit te puzzelen.

‘Ik houd mijn hart vast: dat wordt een grote hagelslag: een windmolen hier, een paar zonneparken daar. Het is een optelsom van plaatselijke initiatieven: een grondeigenaar die wat wil, een ontwikkelaar die daarop inspringt. Er zit geen overkoepelend idee achter.’

We hebben toch een minister die dat aanstuurt: van Economische Zaken en Klimaat (EZK)?

‘Ja, maar die maakt geen integrale afweging. De minister van Economische Zaken en Klimaat heeft als opdracht de doelen van Parijs zo goedkoop mogelijk te halen. Weilanden zijn goedkoper dan daken. Dus is het voordeliger om zonnepanelen in de wei te leggen. Als dat ten koste gaat van agrarische grond vindt zijn collega van Landbouw dat misschien niet leuk, maar daar wordt de minister van EZK niet op afgerekend.

‘Het Rijk heeft een subsidieregeling die ervoor zorgt dat ontwikkelaars goed geld kunnen verdienen met zonneparken. Een boer die meewerkt levert dat 6- tot 10 duizend euro per hectare per jaar op. Daar kun je niet tegenaan boeren. Waarden als landschaps- en natuurkwaliteit zijn niet in geld uit te drukken en worden dus niet meegenomen in deze kostenafweging.’

Er is toch wel iemand die het grote belang bewaakt?

‘Wat wij de afgelopen vier jaar hebben geleerd, is dat de ministeriële verantwoordelijkheid nadelig is voor de ruimtelijke inrichting van Nederland. Gemeenten en provincies kennen een collegiaal bestuur, de rijksoverheid niet. Ambtenaren van een ministerie werken alleen voor hun eigen minister.

‘Terwijl alles met elkaar samenhangt. Als je praat over landbouw, dan heb je het over biodiversiteit, stikstof en klimaat. Maar dan gaat het ook over de energietransitie en de verstedelijking. Wat je nodig hebt, is iemand met een integrale visie, die de verantwoordelijkheid heeft dat het geheel goed is. Een minister van Ruimte.’

Zoiets hadden we ooit al: VROM (Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieu). Dat is in 2010 afgeschaft.

‘Wij denken dat het een goed idee is om dat terug te laten komen, in een andere vorm. Een minister van Ruimte moet geen deelbelang dienen, maar alle belangen tegen elkaar afwegen: landbouw, infrastructuur, volkshuisvesting, natuur. Het lastige is: zo’n minister moet macht hebben, anders wordt het niks. Geld is macht, dus hij of zij moet ook geld hebben. Dat is bestuurskundig ingewikkeld.’

Stel dat we zo’n minister hebben, gaat die dan zeggen: hier planten we windmolens, daar gaan we huizen bouwen en verderop doen we landbouw?

‘Ik denk niet dat de tijd rijp is voor een rijksoverheid die de baas speelt. Maar de regering zou vanuit het nationaal belang veel meer de regie moeten nemen. Daar is onlangs wel een aanzet toe gegeven met de Nationale Omgevingsvisie (Novi). Dat is een goed begin, maar nog niet genoeg.

‘Het Rijk houdt zich nu te vaak afzijdig. De energietransitie bijvoorbeeld: wat doe je op land en wat op zee? Zijn er gebieden waar je geen zonnepanelen wilt, kun je concentratiegebieden voor windmolens op land aanwijzen? Windmolens moet je neerzetten waar wind is en waar ze zich verhouden tot het landschap. In de Flevopolder past dat beter dan in de Achterhoek.

‘Wij pleiten er in ons advies Via Parijs voor om de Wieringermeer vol te zetten met windmolens. Omdat het een grootschalig en rationeel landschap is waar die enorme windturbines prima passen. Ik zou het een doemscenario vinden als er straks nergens in Nederland een plek is waar je geen windmolens ziet.’

Berno Strootman: ‘Ik zou het een doemscenario vinden als er straks nergens in Nederland een plek is waar je geen windmolens ziet.’Beeld Jiri Büller

Het Rijk dat windmolens doordrukt: dat is in Drenthe gedaan. De pleuris brak uit.

‘In onze ogen zou er dan een onderhandeling op gang komen met de inwoners van zo’n gebied: onder welke voorwaarden kunnen jullie met windmolens instemmen? Je moet er iets tegenover zetten. Misschien komen er investeringsfondsen waar iedereen wat aan heeft of krijgen alle inwoners van de Wieringermeer gratis energie.

‘Je moet als Rijk een visie hebben op hoe wij die energietransitie aanpakken. Die is er nu niet. Dat betekent volgens ons: zo veel mogelijk wind op zee, maximaal inzetten op besparing, alle daken en braakliggende terreinen volleggen met zonnepanelen, grote warmtenetwerken en geothermie door ontwikkelen.’

En geen zonnepanelen in de wei dus.

‘Je moet heel voorzichtig zijn met het weggeven van landbouwgrond. De landbouw moet duurzamer, extensiever en natuurvriendelijker worden. Daar is eerder meer dan minder grond voor nodig. Natuur is ook nog een grote opgave. Maar er komt natuurlijk geen grond bij. Dus moet je zuinig zijn op wat je hebt.

‘Een vraag die ook speelt is of we überhaupt wel alle energie die we in Nederland gebruiken zelf moeten produceren. Wij zijn een verstedelijkt land met een hoge energieconsumptie en weinig ruimte. De energietransitie is bij uitstek een onderwerp dat zich leent voor Europese samenwerking. In landen als Finland is ruimte genoeg voor windmolens. Waarom zetten we ze dan niet dáár neer?’

LEES MEER OVER GROOTGRONDBEZITTERS

Extra woningen, natuur, landbouw of toch duurzame energieopwekking? Grootgrondbezitters hebben een doorslaggevende stem bij het toekomstige gebruik van de schaarse ruimte in Nederland. Ontdek hier wie de grootste grondbezitters zijn en hoe groot hun land is, vergeleken met je eigen tuin of woonwijk.

 

Regionale Energiestrategie Rivierenland

In Nederland zijn de klimaatafspraken die meerdere landen in Parijs hebben afgesproken, uitgewerkt in het Klimaatakkoord. Deze richt zich op een CO2-reductie van 49% in 2030 (t.o.v. 1990). In 2050 moet Nederland helemaal CO2-neutraal zijn. Sinds begin 2018 zijn in de regio Rivierenland al veel partijen bij elkaar gebracht en zijn wij samen begonnen met de voorbereiding van een regionale energiestrategie (RES). Dit alles om in 2050 CO2-neutraal te kunnen zijn. In het Klimaatakkoord – dat eind juni 2019 werd gepresenteerd – worden voorwaarden gesteld aan de inhoud van een RES. Daarbij kunnen regio’s grotendeels zelf bepalen hoe en met wie ze tot een RES gaan komen.

Bezoek de website

Onderzoek naar mogelijkheden windenergie

Hieronder een artikel van Ditiswijk, waarin het rapport ‘Onderzoek naar mogelijkheden windenergie’ van Pondera is opgenomen, dat onlangs naar de gemeenteraad van Wijk bij Duurstede is gestuurd.

—————————————————————–

Ditiswijk, Marien Stoel,  19 september 2020

 

Door middel van een raadsmemo werd de gemeenteraad op 1 september door het college geïnformeerd over de technische verkenning over kansen en belemmeringen voor windenergie in de Kromme Rijnstreek.

Houten, Bunnik, Wijk bij Duurstede en Utrechtse Heuvelrug werken samen in de Regionale Energie Strategie (RES) U16. Binnen deze samenwerking is afgesproken om gezamenlijk een technische verkenning uit te laten voeren naar de kansen en belemmeringen voor windenergie in deze Kromme Rijn gemeenten. De rapportage is ter kennisneming naar de gemeenteraad gestuurd.

lees hier hele artikel

 

Echt groene energie laat natuur in haar waarde

Volkskrant, Opinie; 

Klimaatoplossingen ten koste van biodiversiteit? Dat kan en mag niet de bedoeling zijn, betogen Fred Wouters (Vogelbescherming Nederland), Marc van den Tweel (Natuurmonumenten) en Hank Bartelink (LandschappenNL).

Dertig zogenoemde ‘energieregio’s’ hebben van de landelijke overheid de opdracht gekregen om ruimte te vinden voor de windmolens en zonnepanelen die nodig zijn om de klimaatdoelstellingen voor 2030 te realiseren. Nu de concept-plannen openbaar worden, wordt duidelijk dat beschermde natuurgebieden op grote schaal benoemd zijn als ‘mogelijke plaatsingslocatie’. Omdat natuur, landschap en biodiversiteit in ons land al enorm onder druk staan, kunnen we geen slechtere keuze maken, zo schrijven natuurorganisaties deze week in een brief aan de ministers Wiebes en Ollongren. Groene energie moet, maar mag niet ten koste van de natuur, aldus Natuurmonumenten en Vogelbescherming Nederland.

lees verder

Windturbines bij Wijk bij Duurstede

Resinbeeld (RIB) :

Voor de inwoners van gemeente Wijk bij Duurstede kan de omgeving drastisch gaan veranderen. De nu landelijke historische gemeente die bekend staat om het vredige rustgevende landschap laat zich in de RES gelden, ondanks dat de bevolking hier niet op zit te wachten. De windturbine plannen worden genoemd in de RES documentatie van regio U10/U16. (Kijk vanaf pagina 41.) Ook geeft de verantwoordelijk wethouder in een interview aan dat er al onderzoeken zijn gedaan naar mogelijke locaties.

lees verder:

Kaarten Regionale Energiestrategie (RES) Bronnen en kaarten

Om gemeenten, provincies en waterschappen te helpen bij het opstellen van een Regionale Energiestrategie (RES), is van alle RES-regio’s een serie kaarten gemaakt waarop cultuurhistorische elementen en karakteristieken zijn te zien. De kaarten zijn als GIS-viewer beschikbaar. Van 6 RES-regio’s is ook een kaart in PDF te downloaden.

RES: een Regionale Energiestrategie

Nederland is opgedeeld in dertig energie-regio’s. Gemeenten, provincies en waterschappen werken binnen de regio samen aan een Regionale Energiestrategie (RES). De RES is een instrument om gezamenlijk keuzes te maken voor de opwekking van duurzame elektriciteit, de warmtetransitie in de gebouwde omgeving en de daarvoor benodigde opslag en energie-infrastructuur.

lees meer: